Tandamalgaam en Zware Metalen: Risico's voor de Gezondheid en het Milieu?

In januari van 1999 vond er in Luxemburg een opmerkelijk symposium plaats, georganiseerd door de fractie van De Groenen in het Europees
 Parlement. De titel was: 'Tandamalgaam en Zware Metalen: Risico's voor de Gezondheid en het Milieu?'

 Een lezing over hetzelfde onderwerp werd gegeven door de Zwitserse arts Walter Blumer. Blumer begon zijn lezing met te zeggen dat alle toehoorders
 die hun eigen gebit nog hadden er goed aan hadden gedaan naar hem te komen luisteren. Want van hen heeft vrijwel iedereen een of meer
 amalgaamvullingen in zijn of haar mond.

 "Nu denken degenen die een kunstgebit hebben dat ze weer naar huis kunnen," zo ging hij verder, "maar ik raad hen aan toch even verder te luisteren."
 Vervolgens legde hij uit dat een kunstgebit betekent dat je eerder een slecht gebit had en dus ook bijna altijd vullingen hebt gehad. De metalen die in die
 vullingen zaten, ook al zijn ze vele jaren geleden met je gebit verwijderd, kunnen nog altijd in je lichaam en zelfs in je hersenen zitten. Ze kunnen daarom
 verantwoordelijk zijn voor een heel scala aan lichamelijke en psychische klachten. Blumer somde er een lange lijsl van op: angsten, prikkelbaarheid,
 chronische vermoeidheid, woede-uitbarstingen, stressgevoeligheid, gebrek aan zelfvertrouwen, besluiteloosheid, depressie, hoofdpijn, een
 metaalachtige smaak, allergieën, een verminderd functioneren van je afweersysteem, spier- en gewrichtsklachten en zelfs dementie-achtige
 verschijnselen.

stichting amalgaamvrij nederland
 
Omdat de klachten zo weinig specifiek zijn, komen maar weinig mensen op het idee dat ze te maken kunnen hebben met de vullingen in hun mond. Al
 ruim 150 jaar wordt daarvoor vooral amalgaam gebruikt. Amalgaam is een substantie die voor 50 procent uit kwik bestaat. Kwik is een metaal dat giftig
 is. Volgens Blumer zelfs giftiger dan lood, cadmium of arsenicum.

 Het kwik in amalgaam wordt in heel kleine concentraties aan ons lichaam afgegeven zolang de vulling in onze mond zit. Het komt in het bloed terecht en
 in de lichaamsweefsels. Het zoekt vooral de nieren en lever op. Omdat kwik door de hersen-bloedbarrière heen kan, komt het ook in onze hersenen
 terecht. Kwik is een zogenaamde cytotoxische stof, dat wil zeggen dat het cellen (cyte) kan vergiftigen (toxisch), beschadigen of doden. Omdat het in
 alle weefsels blijvend kan gaan zitten, kan het ook de meest uiteenlopende klachten en symptomen blijvend geven. Vandaar dat mensen die op
 vermoeden van klachten als gevolg van amalgaamvullingen, die vullingen hebben laten verwijderen die klachten toch kunnen blijven houden. Hoewel
 niemand tegenwoordig meer de giftige invloed van kwik op het menselijk lichaam zal ontkennen, is er in de wetenschappelijke wereld nog wel
 heftige discussie over de vraag of het kwik in amalgaamvullingen in het algemeen schadelijk is voor mensen.

 Volgens de Wereld Gezondheids Organisatie wordt het kwik uit een amalgaamvulling door het lichaam opgenomen in hoeveelheden die variëren van 3
 tot 17 microgram per dag. Lang niet alles wordt uitgescheiden. Er zijn wetenschappers die daarom volhouden dat de hoeveelheid kwik uit
 amalgaamvullingen niet groot genoeg is om ziektes of afwijkingen te veroorzaken, zelfs niet bij mensen die overgevoelig voor kwik zijn. Andere
 wetenschappers daarentegen, en Blumer is daar een van, menen dat er een aanzienlijk aantal mensen is die vanwege een overgevoeligheid voor kwik
 een of meer van de bovengenoemde klachten en stoornissen hebben.

 Blumer somde een aantal van door hem behandelde personen op die na verwijdering van vullingen uit hun mond en van kwik en andere zware metalen
 uit hun weefsels ook geen last meer hadden van bepaalde ziektes of afwijkingen. Hij gaf overigens toe dat die metalen ook langs andere wegen in het
 lichaam terecht kunnen zijn gekomen (lood bijvoorbeeld via uitlaatgassen van auto's of door industrie).
 Bovendien is amalgaam volgens hem niet eens de ergste boosdoener in onze mond. Gouden kronen en kiezen, vaak over amalgaamvullingen heen, zijn
 minstens zo erg, zo niet erger. Zulk tandgoud bevat onder andere het zware metaal palladium en dat is volgens Blumer zowat het ergste dat er is.

 Een van de redenen daarvan is dat dit metaal ongewenste elektrische stromen in de mond en het lichaam veroorzaakt, die allerlei klachten kunnen
 verergeren (doet kwik overigens ook, maar niet zo intens).

 Kwik komt ook terecht in de moedermelk van moeders, zodat zelfs een kind direct na de geboorte kwik binnenkrijgt. Maar niet alleen aan het begin, ook
 aan het einde van het leven zou amalgaam zijn ongezonde invloed kunnen uitoefenen. Volgens verschillende studies speelt kwik een rol in het ontstaan
 van de ziekte van Alzheimer, ouderdomsdementie. De aanbevelingen van het symposium in Luxemburg logen er dan ook niet om.
 Dring, gegeven alle ernstige vermoedens en om het zekere voor het onzekere te nemen, het gebruik van amalgaam zoveel mogelijk terug. Stimuleer
 zoveel mogelijk mensen, onder andere door ze daarvoor vergoedingen te geven via hun ziektekostenverzekeraars, amalgaamvulingen te laten
 vervangen door ander type vullingen. Zorg ervoor dat methodes om de aanwezigheid van zware metalen in het menselijk lichaan te testen op grote
 schaal beschibaar komen.

 Blumer's slotadvies was daarom kort en krachtig. Iedereen, en met name degene met huidige of vroegere amalgaamvullingen, doet er goed aan de
 concentratie van zware metalen in zijn lichaam te laten testen. Dat kan overigens niet door het doen van bloed- of urineonderzoek, want het kan heel
 goed dat daarin geen abnormale waarden worden aangetroffen, terwijl er in de weefsels wel abnormale concentraties zware metalen opgeslagen liggen.

 De juiste methode van onderzoek is het innemen van een stof die deze metalen uit de weefsels losmaakt en aan de bloedbaan-urinewegen afgeeft.
 Daarvoor bestaan inmiddels enkele methoden. Wanneer die concentratie abnormaal hoog blijkt te zijn, is het gebruik van medicamenten om ze uit te
 drijven naar Blumer's mening in alle gevallen aan te raden. Het enige wat daarvoor nodig is, zei hij, is de inname eenmaal per week van een enkele
 capsule, 's ochtends een uur voor het ontbijt. "Als u wilt weten wat voor positieve uitwerking dat kan hebben, kijkt u dan eens naar mij," sloot. hij af.

 Verschijningsdatum : 26-08-99
 Bron : Rotterdams Dagblad, 21-08-99

stichting amalgaamvrij nederland