Elektr.
media
Perio-
dieken
Boeken HOME
 
Uitgeverij Orthos Media bv | Antwerpsestraat 1a | 2587 AE Den Haag | Telefoon 070-3585673 | Fax 070-3587504
 
 
Deze pagina is onderdeel van een reeks online artikelen die oorspronkelijk zijn verschenen in het vaktijdschrift De Orthomoleculaire Koerier.   

Eigentijdse vergiftigingen en moeheidsziekten (deel 1)

 
dr. J.W. Copius Peereboom
milieukundige/toxicoloog
Elke tijd brengt zo zijn eigen kwalen en ziekten met zich mee. Zo leden veel mensen voor de oorlog aan tuberculose. Echter door de ontdekking van antibiotica komt die ziekte nu veel minder voor. De oude geslachtsziekten kunnen thans beter bestreden worden dan voor de oorlog. De frequentie van bepaalde soorten kanker blijkt echter onder enkele bevolkingsgroepen thans te stijgen. Maar ook meer onbestemde kwalen en aandoeningen blijken steeds meer voor te komen.

Tot deze categorie worden ook de zogenaamde moeheidsziekten gerekend, die vaak worden betiteld als ME, post-viraal syndroom, chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) of anderszins. Een uitvoeriger benaming luidt: chronic fatigue and immune dysfunction syndrome (CFIDS). Vaak wordt vergeten dat men bij extreme moeheid pas van CVS of een verwante aandoening kan spreken indien alle andere officiële ziekten zijn uitgesloten. Ook bij kanker, hart- en vaatstoornissen en vele andere reguliere ziekten komen immers perioden van intense moeheid voor, soms gedurende jaren.

Grote groepen CVS-patiënten hoeven zeker niet aan dezelfde aandoening te lijden. Het is meer een verzamelbegrip. Als de meest voorkomende klachten worden genoemd: continue moeheid, concentratieproblemen, spier- en gewrichtsklachten, darmklachten, hoofdpijn, duizeligheid en slaapstoornissen. De hele situatie is nog lang niet helder, maar mede gezien de ervaringen van de Stichting Gezondheid en Milieu (SGM) lijkt het toch wenselijk de nodige onderverdelingen in deze grote groep aan te brengen op basis van de mogelijke oorzaak van de moeheidsziekte.
 

(Voedsel-)allergieën

In de eerste plaats kan het Chronisch Vermoeidheids Syndroom (CVS) moeilijk worden onderscheiden van voedselallergie. In een aflevering van 'Chemische Feitelijkheden' uit 1994 noemt Bruggink daarvoor de volgende verschijnselen: jeuk, dichte neus, tranende ogen, buikpijn, misselijkheid, koud/warm gevoel, moeheid, hoofdpijn en bloeddrukdaling [ref. 1].

Er is erg veel informatie beschikbaar. In het Voedingscentrum in Den Haag is al een informatielijn voor voedselallergieën opgericht en zijn er lijsten beschikbaar met de meest voorkomende allergieën (tegen voedingscomponenten). Toch blijkt het voor vele artsen kennelijk moeilijk om de juiste diagnose te stellen. Ook voor vele 'officiële' allergologen is dit soms nog lastig.

De Nijmeegse arts Swanink concludeerde in haar proefschrift destijds dat de hypothese dat CVS primair wordt veroorzaakt door een dysfunctie van het immuunsysteem door haar onderzoek niet kon worden bevestigd [ref. 2]. Latere onderzoekingen wijzen echter uit dat tussen CVS-patiënten en gezonden duidelijke biochemische en immunologische verschillen aantoonbaar zijn (onder meer l-carnitine, T-helpercellen Th1 en Th2).

Toch krijgt men de indruk dat veel zogenaamde CVS-patiënten feitelijk lijden aan voedselallergie en dat een aantal van hen zeer wel genezen kan worden. Adequate onderzoekingen kunnen worden verricht in de kliniek De Klokkenberg in Breda (onder meer door het echtpaar Pelikan). Mogelijk komt ook het KEAC in Weert daarvoor in aanmerking. Naast dergelijk onderzoek is een therapie volgens de principes van de orthomoleculaire geneeskunde wenselijk. Waarschijnlijk zullen nadelige biochemische en immuunprocessen grote invloed op CVS-patiënten uitoefenen.

Vele deskundigen constateren dat de prevalentie van allergieën toeneemt [ref. 3, 4]; volgens sommige deskundigen globaal 2,5% van de bevolking [ref. 4]. Niet minder dan 5,3% van 1.004 zuigelingen vertoonde gedurende de eerste zes levensmaanden voedselallergie [ref. 5]. Ook bij kinderen is er een sterke toename in allergieën. Het RIVM schatte al in 1988 het aantal hyperresponders op 5-20%, terwijl prof. Bronswijk in haar oratie het aantal mensen met allergieën heeft geschat op 20-40% [ref. 6]. De National Academy of Sciences in de V.S. heeft geopperd (niet onderbouwd) dat 15% van de bevolking kan lijden aan overgevoeligheden [ref. 7]. Dit percentage is nog exclusief het optreden van coeliakie, een allergische reactie op gluten in tarwe en andere granen, waarover al veel onderzoek is verricht.

Voor de huidige toename worden twee mogelijke oorzaken genoemd. In de eerste plaats zouden kleine kinderen te weinig in aanraking komen met diverse stoffen die het immuunsysteem al vroeg activeren. Het laten kruipen van een peuter op een stoffige vloer is iets dat veel moeders heden ten dage juist trachten te vermijden. Volgens vele reguliere aanhangers van de theorie - vooral onder gezondheidsautoriteiten - is dat dus ten onrechte. Vaak komt men dan op volwassen leeftijd toch met die stoffen in aanraking, hetgeen zich dan uit in een verdere ontregeling van het immuunsysteem.

Andere deskundigen, zoals toxicologen en immunologen, menen dat de blootstelling aan gezondheidsschadelijke gifstoffen in lucht en voeding mede de oorzaak kan zijn van het toenemende aantal patiënten met CVS. Opvallend verklaarde 20% van de inwoners van Nijmegen dat ze last hebben van allergische reacties [ref. 8]. Ook sommige artsen en therapeuten die zich als aanvullend beschouwen ten opzichte van de reguliere geneeskunde menen dat blootstelling aan gezondheidsschadelijke gifstoffen tegenwoordig inderdaad meer voorkomt dan voorheen. Persoonlijk meent schrijver dezes dat beide oorzaken invloed kunnen hebben, maar dat de schade door verhoogde blootstelling aan gifstoffen in (vooral stedelijke) lucht plaatselijk een zeer aanzienlijke bijdrage kan blijken te leveren.

Orthomoleculaire artsen en therapeuten trachten bij CVS-patiënten de natuurlijke weerstand van het immuunsysteem en daardoor ook van andere fysiologische systemen te versterken. Zo poogt men dan door toediening van orthomoleculaire supplementen de door schadelijke zuurstofradicalen toegebrachte schade te beperken. Vaak worden mengsels van krachtig werkende anti-oxidanten toegediend. Voorbeelden daarvan zijn vitamine E, vitamine C, cysteïne, genisteïne, catechinen, theaflavinen uit (groene) thee, flavonoïden (flavonolen en andere flavonen) en vele andere stoffen [ref. 9]. Al decennialang is bekend dat deze stoffen in staat zijn de diverse peroxiden en hydroperoxiden in het lichaam te bestrijden. Helaas wordt dit door vele reguliere medici nog niet onderkend en erkend.
 

Post-viraal syndroom

Een tweede mogelijkheid is dat de CVS-patiënt feitelijk lijdt aan een niet volkomen genezen virusinfectie. Verschillende virussen blijken erg hardnekkig en gewone antibiotica helpen uiteraard niet. Voorbeelden zijn het Epstein-Barr virus, enterovirussen en Yersinia enterocolitica [ref. 2]. Door Nieuwenhuis is deze aandoening al heel vroeg onderkend en getypeerd als post-viraal syndroom (PVS) [ref. 10]. De behandeling van PVS is niet eenvoudig. Orthomoleculaire methoden kunnen echter veel bereiken, en ook komen er steeds meer fytofarmaceutische preparaten in de handel beschikbaar met een zeer specifieke werking. Verder zijn er goede ontgiftingskuren - vooral homeopatische - beschikbaar. Met de nieuwe bioresonantietechnieken kan men vrij snel de aanwezigheid van virussen aantonen en deze identificeren. Op dat gebied worden op het ogenblik grote vorderingen gemaakt.
 

Candida-syndroom 
Ook klachten wegens een al te uitbundige candida-infectie, het zogenaamde candida-syndroom [ref. 11], veroorzaken allergische reacties. 
Deze aandoening kenmerkt zich namelijk door de aanwezigheid van pathogene gistcellen in de darm, welke op termijn een verhoogd doorlaatbare darmwand creëren, waardoor niet goed verteerde (dus lichaamsvreemde) eiwitbestanddelen direct in de bloedbaan kunnen komen en alsdan een allergische reactie ontlokken. Mede hierdoor ontstaat als gevolg van het candida-syndroom veelal een meer of minder ernstig CVS.  
Aan CVS verwante aandoeningen die niet verlopen via het immuunsysteem, maar via invloeden op de hersenen worden pseudo-allergieën genoemd. Vooral biogene aminen, zoals histamine in kaas, veroorzaken pseudo-allergie. Dergelijke stoffen worden histamine-liberators genoemd.

Pseudo-allergieën en intoleranties 
Andere verwante aandoeningen zijn nog pseudo-allergieën die niet verlopen via het immuunsysteem, maar via invloeden op de hersenen. Vooral biogene aminen, zoals histamine in kaas, veroorzaken pseudo-allergie. Dergelijke stoffen worden histamine-liberators genoemd. Ook kunnen speciale allergieën niet verlopen via het immuunsysteem maar via andere mechanismen (de zgn. intoleranties). Hieronder vallen ook andere overgevoeligheidsreacties, zoals fibromyalgie (reumatoïde spieraandoeningen).
De klachten van CVS en fibromyalgie lijken sterk op elkaar, zie TABEL 1a en 1b [ref. 12]. Fibromyalgie onderscheidt zich echter van CVS/ME door meer klachten over spierpijn en pijnlijke drukpunten, en minder nadruk op cognitieve klachten, voorafgaande virusinfecties en immuunstoornissen (zoals activiteit van NK-cellen).

Volgens sommige publicaties kunnen kinderen hyperactief reageren op bepaalde (azo-)toevoegstoffen, zoals synthetische kleurstoffen in voeding: de zogenaamde hyperactiviteit of ADHD [ref. 13]. Feingold heeft in 1975 al een speciaal dieet voor dergelijke kinderen gepubliceerd. 

 
 
Patiënten Symptoom
(n = 50)
 
Koorts 28  
Keelpijn 54  
Opgezette lymfeklieren 32  
(Spier)pijn 100  
Vermoeidheid 
(groter dan voor ziekte) 
96  
Uitputting (constant in bed) 24  
Hoofdpijnen 82  
Arthalgia (gewrichtspijn) 90  
Concentratieproblemen  72  
 
TABEL 1A: Frequentiepercentage van PVS-symptomen bij fibromyalgie-patienten (ref.12).
 
Dat kinderen vaak sterk allergisch reageren, schijnt mede veroorzaakt te worden doordat het darmslijmvlies en het vlokkensysteem met de plaques van Peyer in die fase relatief gemakkelijk wordt geatrofieerd bij voeding met koemelk en kippeneieren [ref. 14]. Dit wordt vaak niet opgemerkt. 
Het moet worden ontraden om zulke hyperactieve kinderen uitsluitend te behandelen met stimulantia, zoals Ritalin, hetgeen helaas vaak door psychiaters wordt aanbevolen [ref. 15]. Succesvolle therapieën zijn niet eenvoudig, zie de ervaringen van het Klinisch Ecologisch Allergie Centrum [ref. 16].
 
 
Symptoom PVS FM
 
Spierpijn ++ +++
Vermoeidheid +++ ++
Pijnlijke drukpunten ++ +++
Slapeloosheid +++ +++
Chronische hoofdpijn ++ ++
Ingewandsirritatie (spastisch colon) ++ ++
Cognitieve stoornissen  ++(+) +(+)
Virusziekten die voorafgingen aan de ziekte ++(+) +(+)
Immuunstoornissen +++ +
Neurohormonale storingen*  +++ +++
 
+ = ongewoon, +(+) = ongewoon tot gebruikelijk, ++ = gebruikelijk, ++(+) = gebruikelijk tot veel voorkomend, +++ = veel voorkomend.
* De aangenomen neurohormonale afwijkingen bij zowel PVS als fibromyalgie moeten nog door nader onderzoek worden bevestigd.
_______________________________________________

TABEL 1B: Het relatief voorkomen van geselecteerde PVS-symptomen, vergeleken met die van het fibromyalgie-syndroom (ref.12).


Multiple chemical sensitivity

Een vijfde mogelijkheid is dat de patiënt overgevoelig reageert op allerlei chemicaliën die op de werkplek of in de buitenlucht van de woonplek voorkomen. Veel van de gifstoffen uit de lucht werken primair schadelijk in op het immuunsysteem. Secundair kunnen ook overgevoeligheden bij de ademhalingsorganen optreden. Bepaalde immunotoxische stoffen kunnen een zeer schadelijke invloed hebben op de gezondheid (vooral PCB's, dioxinen, PAK's). Patiënten verliezen dan geleidelijk een deel van hun weerstandsvermogen tegen allerlei externe invloeden. Vaak wordt dit syndroom betiteld als multiple chemical sensitivity (MCS) [ref. 17, 18, 19]. Ook de benaming idiopathic environmental intolerance wordt wel gebezigd [ref. 20].

De klinisch ecoloog T. Randolph, een Amerikaanse pionier op dit gebied, beschreef in de jaren zestig enkele kernpunten van zulke chemische gevoeligheidsziekten als volgt:

 
Vooral in de V.S. is veel gepubliceerd over MCS [ref. 21, 22, 23, 24]. De Amerikaanse hoogleraar Ashford schreef over MCS en overgevoeligheden in het algemeen een werk van 439 pagina's [ref. 25]. In de Europese landen leeft dit probleem nog veel minder.

MCS kan zich vooral manifesteren bij sommige werknemers die jarenlang in een chemische fabriek werken of die in het verleden te intensief aan chemicaliën zijn blootgesteld, en mogelijk ook bij degenen die in de nabijheid van vervuilende industrieën zijn gehuisvest.

 
Tijdens de Bijlmermeer-affaire zijn bij werknemers van de beruchte KLM-hangaar 8, waar resten van de El-Al Boeing waren opgeslagen, symptomen geconstateerd die erg lijken op die van bepaalde ME/CVS-patiënten, alsmede van soortgelijke overgevoeligheden. Kennelijk zijn deze werknemers vergiftigd met bepaalde, uit de brokstukken van de El-Al Boeing afkomstige gifstoffen.
Veel klinisch ecologen nemen aan dat er bij sommigen een oorspronkelijke overgevoeligheid voor één of twee chemicaliën bestaat, maar dat die persoon, indien er steeds meer stoffen bijkomen, uiteindelijk op vrijwel alle chemicaliën overgevoeligheidsreacties kan gaan vertonen [ref. 24]. Waarschijnlijk ligt daaraan mede een genetisch bepaalde overgevoeligheid ten grondslag.

Wie lopen nu het meeste risico? Volgens Cullen zijn dat vooral volwassen vrouwen, en dan vaak de beter opgeleide [ref. 23]. Ook in ons land zijn het overwegend vrouwen die last hebben van overgevoeligheden, maar ook industriële werkers, schoolkinderen en werknemers in sick-building gebouwen.
 

Oorzaken MCS 
Volgens de ervaringen van diverse artsen/therapeuten (en de SGM) zijn er inderdaad mensen die vanwege genetische oorzaken en/of langdurige hoge blootstelling aan chemische gifstoffen een allergie voor allerlei chemicaliën hebben ontwikkeld. Vaak is het een combinatie van beroepsmatige blootstelling en dagelijkse blootstelling in het eigen leefmilieu. MCS kan dus ook worden gerubriceerd als een speciale soort vergiftiging.
Thans is er meer belangstelling voor dergelijke MCS-achtige aandoeningen. 
 

Mensen die werkzaam zijn in zgn. sick buildings behoren tot de bevolkingsgroepen met een verhoogd risico op het ontstaan van Multiple Chemical Sensitivity.
Sommige klinisch ecologen en andere therapeuten/artsen beschouwen MCS als een nieuwe ziekte. Moeheid, concentratiestoornissen en spier- en gewrichtsklachten zijn de voornaamste symptomen. Tijdens de Bijlmermeer-affaire heeft de Amstelveense internist Kurk bij de werknemers van de beruchte KLM-hangaar 8, waar resten van de El-Al Boeing waren opgeslagen, dezelfde symptomen geconstateerd. Deze symptomen lijken erg op die van bepaalde ME/CVS-patiënten, alsmede van soortgelijke overgevoeligheden. Kennelijk zijn deze werknemers vergiftigd met bepaalde, uit de brokstukken van de El-Al Boeing afkomstige gifstoffen. In ons land geloven vele artsen helaas (nog) niet in dergelijke syndromen. Ook de Gezondheidsraad heeft zich recentelijk sceptisch uitgelaten over het bestaan van MCS [ref. 7]. Ten onrechte, vooral omdat het GR-rapport wetenschappelijk veel te wensen overlaat. 

Het tweede deel van dit artikel kunt u lezen in De Orthomoleculaire Koerier no. 83.
Referenties

1. Bruggink TM: 'Voedselovergevoeligheid 105/1'; Chemische Feitelijkheden, febr. 1994.

2. van Beers HJM: 'Chronisch vermoeidheidssyndroom' (overzicht); Arts en Apotheker 1:36-41, 1997.

3. Copius Peereboom JW: 'Is er een toename van allergieën en/of overgevoeligheden?'; De Orthomol. Koer. 56:17-26, 1996.

4. Kamsteeg J: 'Overgevoeligheid en milieu' in Basisboek Milieu en Gezondheid (Copius Peereboom JW, ed.); 389, Boom, 1994.

5. Douwes AC et al: 'Prevalentie van voedselallergie bij Amsterdamse zuigelingen'; NTvG 132:1392-1395, 1988.

6. van Bronswijk JEMH: 'Ziek in je huis'; oratie RUU 27-11-1991.

7. Gezondheidsraad: 'Meervoudige chemische overgevoeligheid MCS'; 1999/1, 26-8-1999.

8. GGD Nijmegen: 'Gezondheidsatlas'; 1998.

9. 'Food and Cancer prevention 2. Second international congress Ede 19 mei 1996', abstracts.

10. Nieuwenhuis RA, Schilders J: 'De orthomoleculaire behandeling van het post-viraal syndroom'; De Orthomol. Koer. 19:3-11, 1989.

11. Nieuwenhuis RA: 'Systemische candidiasis'; De Orthomol. Koer. 18:5-9, 1989.

12. NN: 'Chronisch vermoeidheidssyndroom en fibromyalgie, overeenkomsten en verschillen'; Arts en Apotheker 6:32-35, 1998.

13. Weiss B: 'Food additives and environmental chemicals as sources of childhood behavior disorders'; J. Am. Acad. child psychiatry 21:144-152, 1982.

14. Wertheim K: 'De toepassing van geneesmiddelen uit de zwam Flammulina velutipes bij virale belasting en degeneratieve aandoeningen'; Arts en Alternatief 2:40-44, 1999.

15. Werbach MR: 'Aandachtstekort-stoornis met hyperactiviteit (ADHD): voedselovergevoeligheid'; De Orthomol. Koer. 77:23-24, 1999.

16. Idema KT, Kamsteeg J et al: 'Het effect van een energiebalans bij chronische vermoeidheid'; Folia Orthica 1:22, 1994.

17. Kilburn KH: 'How should we think about chemically reactive patients?'; Arch Environm. Health 48:3-5, 1993; Ziem G et al: 'Profile of patients with chemical injury and sensitivity'; Environm. Health Perspect 105 suppl. 2: 417-436.

18. Wolff C: 'Umweltallergie. Multiple chemical sensitivity'; Allergologie 198:420-425, 1995.

19. Copius Peereboom JW: 'Het probleem van multiple chemical sensitivity (MCS)'; Arts en Apotheker 1:16-24, 1998.

20. Wolf C: 'Idiopathic environmental intolerance and MCS'; Atemwegs Lungkrankheiten 23(supp 1):44-45, 1997.

21. Miller CS et al: 'Chemical sensitivity attributed to pesticide exposure versus remodeling'; Arch Environm. Health 50:119-129, 1995.

22. Mooser SB et al: 'The epidemiology of multiple chemical sensitivities MCS'; Occup. Med. State Art. Rev. 2:663-668, 1987.

23. Cullen MR: 'The worker with multiple chemical sensitivities'; Occup. Med. State Art. Rev. 2(4):655-662, 1987.

24. Wolf C: 'Multiple chemical sensitivity MCS. Idiopathic environmental intolerances (IEI)'; Environ. Sci. Pollut. Res. 3:139-143, 1996.

25. Ashford N, Miller C: 'Chemical exposures; low levels and high stakes' (2nd. ed.); Van Nostrand, 1998.

 

Deel 2


Uitgeverij Orthos Media bv
Antwerpsestraat 1a
2587 AE Den Haag
Telefoon 070-3585673
Fax 070-3587504
Copyright © 2000 Orthos Media bv